AXEL - Het Natuurspeelbos, een idee van veertien moeders uit Axel, is het beste project dat de wedstrijd Kern met Pit 2013 heeft opgeleverd. Een plek waar kinderen in de vrije natuur naar hartelust kunnen spelen met zand, water en takken, waar ze hutten kunnen bouwen en achter kikkers aanzitten.
Dat is het Natuurspeelbos bij Axel.
Het project behaalde zowel de meeste stemmen van de vakjury, die zaterdag in Kamperland de winnaar van de provinciale ronde uitkoos, als van de internetstemmers, de gewone jury (die de eerste selectie deed) en de deelnemers zelf, die op elkaar mochten stemmen.
De initiatiefnemers vielen op door hun speelse en professionele presentatie. Bij de uitvoering hadden ze ervoor gekozen verder te kijken dan het eigen netwerk (van moeders) maar af te stappen op dorpsbewoners die een bijdrage konden leveren. Daardoor konden zonder noemenswaardig budget zaken gerealiseerd worden als ansichtkaarten voor promotiedoeleinden en de inrichting van het speelterrein. Jurylid George van Heukelom benadrukte het unieke karakter van het project: "Hiervoor moesten enorm veel regels en beperkingen overwonnen worden. Het is uniek dat Staatsbosbeheer met zoiets ingestemd heeft. Ik ben op de achtergrond zelf ook al jaren bezig kinderen van de stekkers vandaan te halen en meer in de natuur te laten doen. Het is goed voor het verstand, het lichaam en de geest. Er zijn zoveel positieve elementen. Bovendien is dit ene project dat zo gekopieerd kan worden naar andere delen van het land." Landschapsarchitect Jitse Noordermeer, eveneens lid van de vakjury, vond dat de initiatiefnemers het spel met de gemeente en Staatsbosbeheer bijzonder goed gespeeld hebben: "Een knappe prestatie." Jurylid Cees van Liere zag ondanks alle lof nog wel mogelijkheden om het educatieve karakter verder te versterken.
Kern met Pit, georganiseerd door de Koninklijke Nederlandse Heide Maatschappij, beloonde het project met 2500 euro. Op 29 maart dingt het Natuurspeelbos mee in de landelijke finale in Utrecht.
Voor meer informatie www.knhm.nl
Auteur Ondine van der Vleuten